#1 Ga het gesprek aan
Om een inclusieve klas te creëren is het belangrijk om open in gesprek te gaan over discriminatie, vooroordelen en diversiteit. Denk samen met je klas hierover na en ga het gesprek erover aan. Hierin kan het helpen toegankelijke gespreksstarters te gebruiken: bekijk filmpjes, praat over het laatste nieuws of doe een spel. Er zijn veel verschillende manieren om gesprekken over discriminatie en diversiteit op gang te laten komen. Nodig je leerlingen/studenten uit om hun mening over de verschillende thema’s te geven. Wanneer er weerstand in de klas ontstaat, vraag hen daarop te reageren. Er zijn veel handige, interactieve tools die dienen als gespreksstarters om te praten over moeilijke onderwerpen. Een aantal voorbeelden van (gratis) werkvormen hier.
#2 Leer elkaar kennen
Om voor een warme, inclusieve sfeer in de klas te zorgen, is het belangrijk dat je de klas kent. Wanneer er oprechte interesse naar elkaar wordt getoond, zullen studenten zich sneller welkom voelen. Verwelkom je leerlingen bijvoorbeeld eens bij de ingang van het klaslokaal. Wees nieuwsgierig naar het leven van je studenten. Stel vragen uit interesse en zoek de verbinding op: er heerst al snel een fijne sfeer als iedereen elkaar een beetje kent. Ondersteun studenten die worden buitengesloten of moeite hebben met aansluiting vinden. Vaak werkt het al om even in gesprek te gaan, of even naar hen te luisteren. Maak ruimte voor diegene en ga samen op zoek naar een oplossing.
#3 Benader verschillen positief
Ieder persoon is anders en heeft een eigen kracht die iets betekent voor de klas. Benader hierom verschillen tussen personen positief. Wees nieuwsgierig naar wat ieder persoon te bieden heeft. Spreek complimenten en waardering uit naar elkaar! Anderen voelen zich erkend en gerespecteerd wanneer waardering naar elkaar wordt uitgesproken. Wie uit jouw klas waardeer jij en waarom?
#4 Wees je bewust van taal
Ongelijkheid zit voor een deel verankerd in ons taalgebruik. Woorden zijn niet alleen beschrijvend en functioneel, maar hebben bijna altijd ook connotaties. Probeer een inclusieve taal te gebruiken in de klas, vrij van stereotypen: een taal die iedereen insluit. Dit kan lastig zijn. Een eerste stap is al om het bij je zelf te ontdekken. Probeer dan te letten op taal of gedrag die stereotyperend is. Je kunt bijvoorbeeld letten op het gebruik van labels en het gebruik van verkleinwoorden in bepaalde situaties. Kijk bijvoorbeeld ook eens op de volgende websites, voor het gebruiken van een inclusieve taal in de klas.
Maak samen inclusie de norm
Om de inclusie in je klas te verbeteren, kun je de sociale norm in de klas verbreden. Dit doe je niet alleen: samen met je klas, de school en je collega’s werken jullie aan een inclusieve klas, waarbij iedereen zich gehoord en begrepen voelt. Allereerst is het daarvoor belangrijk om te erkennen waar jullie nu zijn. Ga het gesprek samen aan en bedenk: “Waar zijn we nu?” De stap daarna is dat iedereen diens eigen rol kritisch bekijkt en jullie samen verbreden wat jullie als klas waarderen en stimuleren. Werk aan de vragen: “Waar willen we naartoe?” en “Wat moeten we doen om daar te komen?”. Door hier samen afspraken over te maken wordt de gezamenlijke motivatie versterkt. Dit kan eventueel via interactieve, prikkelende werkvormen met je leerlingen/studenten.
Hier kun je een gratis werkvormen downloaden die zich hier goed voor lenen.